Tekst 6.7: Het gevecht (p. 130)
Categorie: Boek > Stathmoi
In het midden van de slaglinie van de Grieken kun je de aanvoerder zien: hij heet Miltiades en is een zeer sterk man en een zeer goed aanvoerder. de perzen zijn ongeveer 8 stadia van de Grieken verwijderd. Plots geven de trompetters van de Grieken het teken om op de vijand af te stormen. Hoewel de Grieken veel minder talrijk zijn dan de Perzen, durven zij het gevecht te beginnen. Eerst gaan ze met rustige stap vooruit. Wanneer de boogschutters van de Perzen hun kunnen treffen, stormen ze in looppas op de vijand af. Want wanneer ze man tegen man vechten, zijn ze veel sterker dan de perzen. In het middenvan de slaglinie zijn ze niet talrijker dan 4 man diep en hebben ze heel het sterkste deel van het Perzische leger tegenover zich. Omdat ze daar dus veel minder talrijk en minder sterk zijn, lopen ze groot gevaar en velen van hen sneuvelen. Maar de 2 vleugels zijn wel veel sterker dan de 2 vijandige vleugels en algauw overwinnen ze die en drijven ze die op de vlucht. Dan gaan ze hun makkers in het midden helpen en na lange tijd overwinnen ze ook het vijandige centrum en jagen ze ook die op de vlucht. De Perzen vluchten dus naar hun schepen en de Grieken achtervolgen hen en veroveren 7 van hun schepen. Op dat moment wordt er een zekere Cynegeirus beroemd. Hij houdt namelijk met zijn hand een schip tegen en laat het niet wegvaren. Maar tenslotte wordt zijn hand afgehakt door een Pers terwijl hij het schip tegenhoudt.