Les 12, verhaal
Categorie: Boek > Tirocinium Graecum
De arts en de koning van de Perzen.
Vroeger was Hippokrates een zeer beroemde arts op het eiland Cos: hij liet veel ziekten ophouden en redden veel mensen van de dood samen met Asclepius, de god van de geneeskunde. Een andere beroemde arts van Demokedes, van het eiland Samos. Koning Polukrates heerste daarover. De Perzen brengen de meester van het eiland om en leiden de beroemde arts weg naar het land van henzelf. Darius, de koning van de Perzen, verheugde zich zeer op de wijze arts, omdat hij lastige pijnen had. Hij had vele Egyptische artsen (letterlijk: "vele Egyptische artsen waren aan hem" = dativus possesivus), het was onmogelijk voor hen de ziekte van de heer te doen ophouden. Nu vertrouwt Darius zijn leven toe aan een Griekse arts: die de goede geneesmiddelen vindt en de pijnen laat ophouden. Niet alleen verzorgde Demokedes Darius, maar ook Atossa de koningin, en redt haar leven. De arts was zeer succesvol, toch wou hij vluchten uit het land van de vreemden. Hoe zou dat mogelijk kunnen zijn? Hij heeft geluk (letterlijk: "voorspoed is er voor hem" = dativus possesivus). Hij overtuigt Darius spionnen te sturen naar Griekenland en hemzelf met hen. Darius doorziet de list niet en zendt de arts met de spionnen mee. Zo ontkwam Demokedes uit de heerschappij van de vreemden.