Hoofdstuk 5: Moeder en zoon
Categorie: Boek > Via Nova > Boek 3
Toen smeekte mijn moeder, spoorde [mij] aan [en] beval [mij] om in ieder geval te vluchten; dat een jongeman het kon, [maar] dat zij, door zowel jaren als lichaam zwaar, goed zou sterven als ze voor mij niet de oorzaak was geweest van mijn dood. Ik zei daarentegen dat ik niet behouden zou zijn tenzij samen met haar; nadat ik haar hand heb gepakt, dwing ik haar daarna om haar pas te versnellen. Zij gehoorzaamt met moeite en verwijt zich[zelf], dat ze mij ophoudt.