Hoofdstuk 10, tekst B
Categorie: Boek > Fortuna > Boek 1 nieuwe druk
1. Mucius voegde toe: En niet alleen ik kan het doen:
2. na mij is er een lange rij van Romeinse jongemannen van zulke moed!
3. Bereid daarom de oorlog voor! Wij, Romeinse jongemannen, verklaren u de oorlog!
4. De koning, boos en bang tegelijkertijd, beval
5. aan Mucius de hinderlaag van de Romeinen te verraden en dreigend riep hij uit:
6. 'O slaven, steek de vuren aan!' Maar Mucius zei: 'Zie mij,
7. wij Romeinen achten het lichaam niets waard!’
8. Op dat moment stak hij zijn rechterhand in het vuur,
9. en liet hij haar verbranden alsof hij niks voelde.
10. Dan springt de koning naar voren en zei:
11. 'Jij deed jezelf meer pijn dan mij. Soldaten, laat de Romeinse
12. jongeman gaan, want ik stuur hem ongedeerd terug naar Rome.'
13. Mucius antwoordde: 'Ik beloon uw weldaad.
14. Ik waarschuw u: pas op! Driehonderd Romeinse jongemannen zijn
15. bereid tot zo’n aanval.'
16. De woorden van Mucius ontroerde de koning zeer. Daarom sloot hij korte tijd later vrede met de Romeinen.
17. Mucius kreeg de bijnaam de linkshandige
18. omdat hij zijn rechterhand had kwijt geraakt.