Hoofdstuk 16, tekst C: taaloefeningen (versie 1)
Categorie: Boek > Fortuna > Boek 1 nieuwe druk
A.
1. Ik ben gekomen om haar te helpen.
2. Jij was bang dat hij ons doodde.
3. Ik heb verhinderd dat ze dit (lett. deze dingen) vertelden.
4. Zij was zo blij, dat zij het van vreugde uitschreeuwde.
5. Zij hebben hem gedood, opdat hij de list niet vernam.
6. Jullie hebben verhinderd dat de koning ontsnapte.
7. Wij waren zo boos, dat we deze oude man niet vergaven.
8. Zij waren bang dat Hannibal opnieuw naar Italiƫ zou komen.
B.
1. De senatoren vreesden, dat zij hun macht verloren/zouden verliezen.
2. Hannibal verhinderde, dat de Romeinen uit Italiƫ wegvluchtten.
3. De senatoren vroegen aan de burgers om Hannibal niet te helpen.
4. De man vreesde dat zijn vrouw boos zou zijn en goud zou eisen.
5. Scipio wilde verhinderen, dat een droevig lot het volk te wachten stond.
6. Bij het eerste licht gingen de burgers voort naar het Forum, om te luisteren naar de woorden van Scipio.