Ode 3.26: Aan alles komt een keer een einde
Categorie: Auteur > Horatius
Ik heb geleefd tot voor kort populair bij de meisjes en ik heb gestreden niet zonder roem: Nu zal deze wand hebben de wapens en de in de oorlog uitgediende lier, die de linkerkant van Venus uit de zee bewaakt. Hier, leg hier de brandende fakkels en breekijzers en bogen, de bedreigingen voor in de weg staande deuren neer. Godin, die het gelukkige Cyprus en het Sithonische sneeuw missende Memphis bewoont, koningin, raak nog eenmaal die Chloë met je hoogopgetilde zweep.