Hoofdstuk 16, tekst C: De dood van Hannibal (versie 2)
Categorie: Boek > Fortuna > Boek 1 nieuwe druk
Hannibal hield zich op in een fort. Hij had zeven uitgangen uit/in dat fort gemaakt, zodat hij altijd een weg gereed had voor de vlucht. Want hij was altijd bang dat de Romeinen hem pakten. Toen de Romeinse gezanten 5 bij het fort waren gekomen, wilden ze verhinderen dat Hannibal wegvluchtte/ontsnapte. Dus omsingelden
ze het fort met een menigte soldaten van Prusias. Een jongen op de uitkijk vanaf/bij de deur zei tegen Hannibal dat zeer veel soldaten verschenen. Hij beval de jongen om alle uitgangen rond te gaan en snel hem te berichten of soldaten aan alle kanten het gebouw belegerden. Want hij was bang dat de Romeinen zijn huis zouden aanvallen.
Hannibal, toen de jongen had bericht dat alle uitgangen waren bezet, begreep dat het einde van zijn leven aanwezig was. Dus eiste/vroeg hij het gif, al ver tevoren klaargemaakt, opdat niet/om te voorkomen dat de Romeinen hem konden doden. ‘‘Nu wil ik’, zei hij, ‘‘het Romeinse volk bevrijden van een langdurige zorg, omdat ze de dood van een oude man niet willen afwachten.’Â’ Daarna verwensend het hoofd en het rijk
van Prusias, omdat die het recht van gastvrijheid had geschonden, dronk hij de beker leeg. Dit was het einde van het leven van Hannibal.