tekst 11A (versie 2)
Categorie: Boek > Minerva > Boek 1
(1) Evander was een inwoner van Arcadië, een kleinzoon van Pallas, de koning van Arcadië.
Hij doodde zijn eigen vader, en vanwege dit kwam hij naar Italië.
Nadat hij de eerste bewoners verdreven had nam hij de plaatsen / streek in bezit, waar nu
Rome is / zich bevindt; ook stichtte hij een kleine stad op de berg
(5) de Palatijn. Deze berg is ‘Palatijn’ genoemd naar Pallas,
de grootvader van Evander, of naar de dochter van Evander, Pallantea, (die)
verkracht (is) door Hercules, en daar (is) begraven.

Terwijl Hercules daar een lange tijd verbleef, en de runderen,
die hij van de gedode Geryon had weggenomen, liet grazen,
(10) stal Cacus, de slaaf van Evander, enkele (runderen); deze
trok hij met / aan hun staart naar de grot, terwijl
hij de voetsporen omdraaide, opdat de voetsporen iemand die (de runderen) zoekt / zocht niet naar de grot zouden brengen.

Toen Hercules hen, (die) lange tijd gezocht (waren), had gevonden door het geloei van één rund,
doodde hij Cacus, nadat hij uit de grot was gesleept en die rook uitbraakte.