Tekst ?: Mandatum XXII
Categorie: Boek > SPQR > Versie 1
a. Daedalus wilde met zijn zoon weggaan van het eiland Kreta, waar hij een enorm gebouw had gebouwd. Echter verbood minos dat. Al vaak hadden Daedalus en Icarus met schepen proberen weg te gaan, maar de koning hield hen altijd tegen. Eindelijk heeft Daedalus tegen Icarus gezegd: Als we niet kunnen weggaan via de zee, moeten we via de lucht gaan, zoals vogels. Ik moet voor ons vleugels maken: snel maakte hij vleugels met veren, touw en was: touw en was hielden de veren bij elkaar. De vleugels droegen papa en zoon al door de lucht. Altijd vloog Daedalus voor z'n zoon. Lang bleef Icarus bij zijn vader, zoals hij vroeg. Daarna echter, want het vliegen beviel hem erg, is de jongen omhoog gevlogen bij de zon. Helaas! Spoedig had de hitte van de zon de was zacht gemaakt! Daarom hield de was de veren niet meer vast. De vleugels droegen de jongen niet meer. Toen viel Icarus. Zo kwam hij om. De vader van de jongen huilde en verweed zichzelf, want hij gaf de jongen zelf vleugels.