Tekst 42
Enkele van de met Cadmus meegereisde mensen werden gestuurd om water te halen uit een nabijgelegen bron voor het offer. De bron werd bewaakt door een draak, die werd beschouwd als zoon van Ares. Velen van de gezonden (van gestuurd) werden gedood door het beest. Cadmus was zo geschokt en boos dat de draak binnen korte tijd stierf door zijn hand. Later overtuigde Athena hem om de tanden van dit beest te planten. Nadat dit was gedaan, kwamen er dappere soldaten uit de gron, gewapend, die later Spartoi werden genoemd. Cadmus, die gevaar vermoedde, wierp stenen naar hen, waardoor ze elkaar als vijanden beschouwden en in gevecht raakten. Uiteindelijk bleven alleen de beste Spartoi over, van wie de afstammelingen de macht van Thebe hadden.