Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com

Fortuna > Boek 1 nieuwe druk

Hoofdstuk 8, tekst C: Taaloefeningen (versie 2)

A
1. hij koopt/kocht
2. hij kocht
3. wij plaatsten op
4. wij steken in brand/ wij staken in brand
5. jullie hebben geplaatst
6. wij zochten
7. te hebben gevraagd
8. te eisen/vragen
9. zij droegen
10. jullie komen
11. jullie kwamen
12. jij kwam
13. ik kwam
14. ik lachte
15. jij komt
16. te hebben gelachen
17. jij komt bijeen
18. jullie kwamen bijeen
19. wij namen/pakten
20. zij zagen

B
Occidere - praesens: occid-o, occid-i-s, occid-i-t, occid-i-tis, occid-i-mus, occid-i-tis, occi-d-u-nt
Occidere - perfectum: occidi, occid-isti, occid-it, occid-imus, occid-istis, occid-unt

Emere - praesens: em-o, em-i-s, em-i-t, em-i-mus, em-i-tis, em-u-nt
Emere - perfectum: em-i, em-isti, em-it, em-imus, em-istis, em-erumt

C
mittebat (enige imperfectum)
apparuit (geen jij-vorm, de rest wel.)
amisit (enige perfectum)
convenistis
tulit (tegenwoordige tijd & hij-vorm)

Statistieken

Vertalingen op de site: 7.243

Nieuw afgelopen maand: 15

Gewijzigd afgelopen maand: 26