Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com

Fortuna > Boek 3

Hoofdstuk 11, tekst 4G: De staat gaat aan hebzucht te gronde

1 Dikwijls hebben jullie mij horen klagen over de uitgaven van vrouwen, dikwijls van mannen, niet alleen van privé-personen, maar ook van magistraten, en dat de staat te lijden heeft van twee tegenstrijdige ondeugden, (namelijk) hebzucht en verspilling, welke plagen alle grote rijken te gronde hebben gericht. Wat betreft deze ondeugden, hoe groter en welvarender met de dag de toestand van de staat is en (hoe meer) de staat groeit - wij steken al over naar Griekenland en Klein-Azië, 5 vol met alle (mogelijke) prikkels tot lusten, en we bemachtigen ook koninklijke schatkamers - des te meer ben ik bang dat die zaken meer ons te pakken hebben gekregen dan wij die (zaken). Vijandig, gelooft me, zijn de beelden vanaf Syracuse naar deze stad gebracht. Reeds te zeer hoor ik velen de pracht van Corinthe en Athene prijzen en bewonderen en lachen om de terracotta dakversieringen van de Romeinse goden. Ik wil liever dat deze goden goedgunstig zijn en ik hoop dat zij zo zullen zijn, als wij zullen dulden dat zij op hun (stand)plaatsen blijven.

Statistieken

Vertalingen op de site: 7.253

Nieuw afgelopen maand: 4

Gewijzigd afgelopen maand: 21