Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com

Lingua Latina > Boek 1

Hoofdstuk 9, opdr. 1

Vorm - Persoon - Getal - Inf. - Praesens - Betekenis
vocavistis 2 mv vocare roepen
clausi 1 ev claudere sluiten
accessisti 2 ev accedere naderen
vocavisse infin. vocare roepen
tacuimus 1 mv tacere zwijgen
petivit 3 ev petere gaan naar
risistis 2 mv ridere lachen
lusit 3 ev ludere spelen
plausimus 1 mv plaudere klappen
evaserunt 3 mv evadere ontkomen
docuisse infin. docere onderwijzen
abduximus 1 mv abducere wegvoeren
dixisti 2 ev dicere zeggen
protexisti 2 ev protegere beschermen
scripsistis 2 mv scribere schrijven
cesserunt 3 mv cedere gaan
deseruit 3 ev deserere verlaten
quaesivi 1 ev quaerere zoeken
audivit 3 ev audire horen
explevi 1 ev explere vervullen
manserunt 3 mv manere blijven
discessimus 1 mv discedere weggaan
fuisti 2 ev esse zijn
potuistis 2 mv posse kunnen
dixisse infin. dicere zeggen
intraverunt 3 mv intrare binnengaan
tacuistis 2 mv tacere zwijgen
speravimus 1 mv sperare hopen
finivi 1 ev finire afmaken

Statistieken

Vertalingen op de site: 7.253

Nieuw afgelopen maand: 4

Gewijzigd afgelopen maand: 21