Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com

Via Nova > Boek 1 Urbs

Hoofdstuk 9, oefeningen

opdracht a)1) Er was genoeg drinkwater en de hygiëne was beter
Opdracht a) 2)
1 water uit de bron naar een kanaal afbuigen
2 water van de berg kanaal naar een met platen overdekt kanaal geleiden
3 het water van met platen overdekt kanaal naar een aquaduct leiden
4 het water van de aquaduct naar een grote reservoir in de stad geleiden
5 van het grote water reservoir naar de thermen, fonteinen en de straten, geleiden, dat uiteindelijk via de stads rioleringssysteem uitmondt richting de rivier de Tiber welke in de Middellandse zee uitmondt.
Opdracht b)
1. er werd gesport,
2. er werd hygiënisch geschrobd met olie en gereedschap. Men werd hygiënisch gereinigd,
3. er vond een intellectueel poëtisch vermaak plaats, dichter of dichters droegen gedichten of liederen voor.
Opdracht 1
a,b,c
1. Femina seni pecuniam tradit
1. subject Indirect object object pesoonsvorm
2. Domino ancillae Cibum Parant.
2. Ind.Obj. Subject object Pers.vorm
3. Claudiae stolam Novam Mater emit
3. ind.object Object Bijv. bepaling Subject Pers. vorm
4. Amicis Pueri Forum Novum Ostendunt
4. ind. obj. Subject Object Bijv. bep persoonsvorm
5. Senatori Servus Togam Portat
5. ind. object. Subject Object Persoonsvorm
6. Pueri Patri Fabulam Narrabant
6. subject Indirect object Object Persoonsvorm
7. Thermas Populo Romano Imperator Aedificavit
7 object Ind.object bijv bep. van het
Indirect object Subject Persoonsvorm
8. Aedificium Magnae Turbae Locum Praebet.
8. subject Bijv. bep. ind object Ind. obj. Object Pers. vorm
9. Populus Romanus Imperatori Gratias Egit
9. Subject Bijv. bep. Indirect object Objec Persoonsvorm
10. Servus Civibus Togas custodiebat
10. Subject Ind. obj. Object Pers. vorm.



1, Een vrouw overhandigde het geld aan de oude man.

2. De slavinnen maken het eten klaar voor de heer des huizes.

3. Moeder kocht de nieuwe stola voor Claudia.

4. De jongens laten het nieuwe forum zien aan de vrienden.

5. Een slaaf draagt de toga voor de senator.

6. De jongens vertelden het verhaal aan vader.

7. De Keizer bouwde de thermen voor het Romeinse volk.

8. Het gebouw verschafte voor de grote menigte de plek.

9. Het Romeinse Volk betuigde dank aan de Keizer.
10. Een slaaf bewaakte de toga’s voor de burgers.
C) aan, en voor

Opdracht d )


1 De bakstenen muur van de Hypokaustum
2 De holle met warme lucht gevulde bakstenen van het hypokaustum, welke dienden voor het verwarmen van de ruimte omdat ze waren gevuld met warme lucht.
3 De marmeren overdekplaten ter versiering van de binnenste muur van het hypokaustum.
Deze marmeren platen hingen aan bronzen haken.
Opdracht e )
1 Stookplaats voor warme lucht, dat de vloer moest verwarmen.
2 bakstenen welke de vloer met een ruimte van onderen droegen. Een holle vloer onder de ruimte werd verwarmd met hete lucht, om de ruimte te verwarmen.
3 Vloer van de van onderen verwarmde ruimte.
4 Marmeren platen ter versiering van de therma.
5 Holle Bakstenen welke ter verwarming dienden van de muren van de therma. Ze moesten de therma rechthoekig met warme lucht inpakken.
6 De bakstenen muur met solide bakstenen. Deze bakstenen muur zorgde voor extra stevigheid van het gebouw van de therma en niet voor verwarming van de therma..


1. Servus domino vinum tradit.
2. Pueri Patri fabulam narrant
3. Thermas pulchras Traianus civis aedificavit.
4. Custos Romanis togas custodit.
5.Filiae pater cibum emit.
6. Ancillis mercator stolam ostendit.
7. Marcus nobis pecuniam dedit.
8. Matri ancilla stollas novas portat.
9. Thermae magnae turbae locum praebent.
10. Senis pueri auxillium promittunt.

 
Het Latijn in het Nederlands
1a Aqua, water en ducere, leiden
1b Viaduct
2a thermosfles = een fles welke vloeistof langer dan gewoon warm houd
2b thermiek = ? warmte deskundigheid
2c thermometer = een temperatuur meter in meetbare eenheden.
2d thermostaat = de afstelbare bediening, van een verwarming.

Opdracht a

1 Een overslaghaven betekent een haven waarnaar goederen getransporteerd worden, voor daarna naar een andere haven getransporteerd te worden.
2 Europort Rotterdam, Le Havre Parijs.
Opdracht b
1 Het voornaamste product, dat in Ostia werd aangevoerd was, graan.
2 De graan kwam voornamelijk, vanuit Noord-Afrika Sicilië en Egypte.
3 Voor de inwoners van de stad Rome, was de graan bestemd.
Opdracht c
Bij plaatje 1 Alexandrië, omdat in platje 1 een hoge toren staat, waarschijnlijk is dit de Scheepssein toren van Alexandrië in Egypte.
Bij plaatje 2 herken ik Carthago in Noord- Afrika, omdat op de mozaïek Carthago geschreven staat in het Latijn.

Statistieken

Vertalingen op de site: 7.253

Nieuw afgelopen maand: 4

Gewijzigd afgelopen maand: 21