Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com

Examenboeken > 2007: Aeneas Vergilius

6 2b. Venus heeft Juno door (105-114)

105 Aan/tegen haar (want ze merkte dat zij met huichelachtige bedoeling had gesproken, om hiermee de heerschappij/het rijk van Italië te verleggen naar de Libische kusten) begon Venus daarentegen/van haar kant als volgt: ‘Wie zou dwaas dergelijke dingen afwijzen/wie zou zo dwaas zijn dergelijke dingen af te wijzen of zou liever willen/om liever te willen zich met jou in een oorlog te meten? Moge het lot gunstig zijn jegens dat wat jij vermeldt, wanneer het gerealiseerd is. 110 Maar vanwege het lot verkeer ik in onzekerheid of Jupiter wil dat er één stad is voor de Carthagers en voor degenen die uit Troje vertrokken zijn, of goedkeurt dat de volkeren zich vermengen of dat er een verbond wordt gesloten. Jij bent zijn echtgenote, aan jou is het geoorloofd om door te smeken zijn geest/gemoed te beïnvloeden. Ga, ik zal volgen.’ Toen nam de koninklijke Juno als volgt het woord:

Statistieken

Vertalingen op de site: 7.243

Nieuw afgelopen maand: 15

Gewijzigd afgelopen maand: 26