Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com

Lingua Latina > Boek 2

Hoofdstuk 23, oefening 8

De echtgenote van keizer Gallienus vroeg van de koopman, omdat zij zeer van mooie edelstenen hield, dat hij aan haar edelstenen toonde. Omdat die aan haar zeer bevielen, kocht zij enkele voor een grote prijs. Maar de keizer, toen hij de edelstenen die zijn vrouw had gekocht, had gezien, beval bewogen door grote woede, dat de koopman onmiddellijk door soldaten werd gegrepen. Alle edelstenen waren namelijk vals. De koopman, toen hij naar de keizer was gebracht, kon de misdaad niet ontkennen en is in de kerker gegooid.

Statistieken

Vertalingen op de site: 7.243

Nieuw afgelopen maand: 15

Gewijzigd afgelopen maand: 26