Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com

Redde Rationem

Hoofdstuk 51, vertaling

De Romeinse staat was al behoorlijk gegroeid. Enkele volkeren hadden verdragen met de Romeinen gesloten. De Aequi echter verbraken het verdrag dat in het vorige jaar met de Romeinen gesloten was, en onder leiding van een zekere Gracchus deden ze een inval in Latijns akkerland en vol van buit legden ze een kamp aan op de berg Algidus. Naar dat legerkamp kwamen Romeinse gezanten en zij verweten de Aequi het onrecht dat ze de Romeinen hadden aangedaan. De bevelhebber van de Aequi beval hen om de opdrachten van de senaat maar aan de eik te vertellen. Hij zei dat hij ondertussen wat anders zou doen. (want een enorme eik verhief zich boven die plek) Toen zei één van de gezanten bij zijn vertrek “Moge en deze heilige eik en alle goden horen hoe dat verdrag door jullie verbroken is en moge zij ons bijstaan als wij weldra wraak op jullie zullen nemen met wapens. Toen de gezanten terugkwamen in Rome, beval de Senaat de ene Consul het vijandelijk land te verwoesten, enb de ander de leiding te geven tegen het leger van Gracchus op de Algidus. Meteen gehoorzaamden zij de senatoren en rukten op met hun legers naar de vijanden. Toen de ene van de consuls bij de berg aankwam legde hij niet ver van de vijanden een legerkamp aan, maar de kracht van de vijanden vrezend heild hij zich bang binnen het kamp. Toen de vijanden dit merkten, groeide op grond van de vrees van de andere partij, zoals dat gewoonlijk gaat, hun brutaliteit, en tijden de nacht deden ze een aanval op het kamp. Nadat hun kracht echter te weinig voordeel had geboden, begonnen ze op de volgende dag het Romeinse kamp van alle kanten in te sluiten. Voordat alle uitgangen afgesloten waren brachten vijf ruiters die tussen de wachtposten van de vijanden door erop uitgestuurd waren, het bericht over naar Rome dat de Consul en zijn leger belegerd werden. De senatoren riepen de ander Consul met zijn leger terug waarbij zij zeiden dat een enorm gevaar zijn collega en zijn leger bedreigde; dat zijn collega door de vijand omsingeld was en dat de redding van de staat nu in de handen van hem zelf en zijn soldaten lag. Maar ook hij was niet opgewassen tegen zulke benarde omstandigheden. Dus besloot de senaat een dictator te benoemen. Met instemming van allen is Lucius Quinctius Cincinnatus tot dictator benoemd.