Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com

Via Nova > Boek 4

Hoofdstuk 2 (Elegie), tekst 2.29b: Het bezoek

Het was ochtend en ik wilde gaan zien of zij alleen rustte:
maar in haar bed was Cynthia alleen.
Ik stond versteld:nooit scheen zij mij mooier toe,
ook niet toen ze in haar purperen onderkleed was,
en hiervandaan ging om haar dromen aan de magdelijke Vesta te vertellen,
opdat ze noch haar noch mij schade zouden toebrengen.
Zo scheen zij mij toe, ontwaakt uit de slaap van pas geleden.
Ach, hoeveel is stralende schoonheid op zichzelf waard!
"Wat kom je doen," zei ze, "ochtendspion van je vriendin?
Denk je dat ik gelijk ben aan het gedrag van mannen zoals jij?
Ik ben niet zo gemakkelijk: voor mij zal het kennen van één man genoeg zijn,
Ofwel jij of als er iemand anders trouwer kan zijn.
Er verschijnen in het beslapen bed geen sporen
en geen aanwijzingen dat er twee hebben liggen woelen.
Zie hoe er in heel mijn lichaam geen enkele lucht
Opstijgt als bewijs van het bedreven overspel."
Zei ze, en terwijl ze kussen afweerde met haar rechterhand die in de weg geplaatst was,
sprong ze op, met haar voet steunend op een losse slipper.
Zo word ik als bewaker van een zo onschendbare liefde voor gek gezet:
sindsdien is er voor mij geen gelukkige nacht meer geweest.

Statistieken

Vertalingen op de site: 7.243

Nieuw afgelopen maand: 15

Gewijzigd afgelopen maand: 26