1 ‘Vandaar voerden wij verder, terwijl wij huilen, maar wij waren blij uit de dood te zijn ontsnapt. 2 En wij bereiken het eiland Aiaia, daar woonde Kirke, met de mooie vlechten, de geduchte godin. 3 Dit plan scheen aan mij al het beste te zijn. 4 Ik verzocht Eurylochos, terwijl hij tweeëntwintig (22) vrienden meenam, het eiland te bekijken. 5 Ikzelf wachtte samen met de anderen bij het schip. En Eurylochos en zijn vrienden vonden het huis van Kirke, terwijl ze op het mooie land lag. 8 Maar daar waren veel leeuwen en leeuwinnen, terwijl we om het huis waren en 9 terwijl ze de angst aan de makkers geven, vielen die het niet aan, 10 maar zij stonden kwispelend op en met grote staarten, zoals honden! 11 Toen hoorden de vrienden Kirke binnen zingend met een mooie stem en zij riepen schreeuwend uit. 12 Maar, terwijl ze meteen de deur opent, riep ze hen naar binnen. 13 Onmiddellijk volgden ze haar, terwijl ze niet weten 14. dat alleen Eurylochos buiten is, omdat hij meende dat het een list was. 15 Maar Kirke ontving hun gastvrij en terwijl ze een maaltijd voorbereidt, maakte zij een verschrikkelijke drank 16 en mengde slechte kruiden aan het voedsel. 17 Maar meteen na de maaltijd slaat ze hen met haar toverstaf, terwijl ze hun in een varkenshok opsluit, omdat ze varkenshoofden, stemmen en uiterlijk kregen! 19 Maar hun geest was intact, zoals vroeger. 20 Maar daarna worp Kirke eikels bij hen, zoals zwijnen dat altijd eten.
